RexLegendi reviewed Wilde zwanen
Review of 'Wilde zwanen' on 'Goodreads'
4 stars
Nederlands (English below)
Wilde zwanen (1991) van Jung Chang is zowel een persoonlijke en aangrijpende als collectieve en leerzame geschiedenis van het twintigste-eeuwse China. De schrijver vertelt haar eigen verhaal en dat van haar moeder en grootmoeder en doorspekt het met informatie over de Chinese cultuur en politiek. In het voorwoord schrijft Chang te beogen om het land en de mensen van hun stereotypen in het westen te ontdoen. Gezien het succes van het boek denk ik dat ze een belangrijke bijdrage heeft geleverd aan onze kennis over de recente Chinese geschiedenis. Ik las het boek als student en was opnieuw onder de indruk.
Vooral het eerste hoofdstuk over de vroege twintigste eeuw is bevreemdend voor de westerse lezer. In de najaren van de Qing-dynastie worden meisjes dikwijls zonder naam geboren (de overgrootmoeder van Chang was ‘meisje nr. 2’) en is de praktijk van de lotusvoetjes nog niet aan haar …
Nederlands (English below)
Wilde zwanen (1991) van Jung Chang is zowel een persoonlijke en aangrijpende als collectieve en leerzame geschiedenis van het twintigste-eeuwse China. De schrijver vertelt haar eigen verhaal en dat van haar moeder en grootmoeder en doorspekt het met informatie over de Chinese cultuur en politiek. In het voorwoord schrijft Chang te beogen om het land en de mensen van hun stereotypen in het westen te ontdoen. Gezien het succes van het boek denk ik dat ze een belangrijke bijdrage heeft geleverd aan onze kennis over de recente Chinese geschiedenis. Ik las het boek als student en was opnieuw onder de indruk.
Vooral het eerste hoofdstuk over de vroege twintigste eeuw is bevreemdend voor de westerse lezer. In de najaren van de Qing-dynastie worden meisjes dikwijls zonder naam geboren (de overgrootmoeder van Chang was ‘meisje nr. 2’) en is de praktijk van de lotusvoetjes nog niet aan haar einde gekomen. Chang beschrijft deze overigens ijzingwekkend.
Na de val van het keizerrijk krijgt Mantsjoerije, de noordoostelijke provincie waar de familie zich bevindt, met de ene na de andere machtsovername te maken. Chang legt duidelijk uit waarom de communisten na het bewind van de Japanners – Mantsjoekwo was een marionettenstaat – en de Kwomintang aanvankelijk zo populair waren. Corruptie en onrecht lopen als een rode draad door het verhaal; vrouwen zijn op hun best tweederangs burgers. In het verhaal vallen twee personages vanaf dit punt in het bijzonder op. Ten eerste is de vader van Chang een onkreukbare (en dus ook: onwrikbare) Partijfunctionaris van het eerste uur, die zijn naasten eerder benadeelt dan bevoordeelt, maar het tijdens de Culturele Revolutie in de late jaren zestig hard te verduren krijgt. Ten tweede valt Mao Zedong op als listige maar incapabele dictator, die enerzijds afhankelijk is van zijn kundige secondanten Deng Xiaopeng en Zhou Enlai, maar anderzijds verwoede pogingen blijft doen om op alleenstaande hoogte te blijven. Chang grijpt haar lezers door de Grote Sprong Voorwaarts en de Culturele Revolutie zowel op hoofdlijnen te duiden als anekdotes te geven die ingrijpen in het leven van gewone mensen. De plicht om het werk te verzaken om staal te produceren en de oproep om mussen te vangen maken duidelijk hoe incompetent Mao geweest moet zijn.
De grote kracht van het boek schuilt in het vervlechten van het menselijke en het politieke perspectief. Chang merkt zelf al op hoe de dystopie van [b:1984|3744438|1984|George Orwell|https://i.gr-assets.com/images/S/compressed.photo.goodreads.com/books/1327144697l/3744438.SY75.jpg|153313] perfect bij het China van Mao paste. De constante stroom van verhalen over armoede, martelingen en plunderingen is niet altijd makkelijk te verteren, maar levert wel een uitstekend verhaal op. De schrijver overtuigt wanneer ze beschrijft hoe de terreur van Mao in het dagelijks leven vooral gebruikt werd om persoonlijke vendetta’s uit te vechten. Het recht van de sterkste, de willekeur en de tirannie van onwetendheid komen daarin sterk naar voren.
Een nadeel van de keuze om alleen de vrouwelijke lijn van moederskant te behandelen is wel dat Chang daardoor soms afstand lijkt te willen doen haar andere familielijnen. Ten slotte is de Nederlandse vertaling ongelooflijk slordig geredigeerd. Het had De Boekerij gesierd voor de epubversie tenminste een correctie uit te voeren.
Een paar dagen lang liep het verkeer in het honderd. Want dat het rode licht ‘stop’ betekende werd als contrarevolutionair en dus als uit den boze beschouwd. Het moest natuurlijk ‘doorrijden’ betekenen. En het verkeer moest niet rechts houden, zoals gebruikelijk was, maar links. […] Ten slotte werden de oude regels in ere hersteld, dank zij Zhou Enlai, die kans zag de leiders van de Rode Garde in Peking te bepraten. De jongeren vonden ook hiervoor evenwel een rechtvaardiging: ik kreeg van een Rode Gardiste bij mij op school te horen dat het verkeer in Groot-Brittannië links hield en dat het verkeer bij ons dus rechts moest houden als demonstratie van onze anti-imperialistische gezindheid. Amerika noemde ze niet.
English
The significance of Wild Swans (1991) lies in Jung Chang’s ability to combine a personal, intriguing family story with China’s history in the twentieth century. Chang is well informed politically and socially, and enlivens the collective memory with excellent anecdotes, which are sometimes tender, but more often raw and violent. The early chapters on the turn of the century appealed to me the most, but I was also impressed by Chang’s description of how Chinese people viewed the Communist Party from the late 40’s onwards.