Lang geleden dat ik zoveel lol had van een Boekenweekgeschenk. Ook mijn eerste kennismaking met het werk van Ilja Leonard Pfeijffer, en dat smaakt naar meer! Mooie afsluiting van het leesjaar 2023.
De natuur creëert lichamen en het zijn verhalen die daar mensen van maken.
Ik had Monterosso mon amour beter niet kunnen uitlezen. De eerste hoofdstukken was ik volstrekt overtuigd van dit boekenweekgeschenk: meedeinend op de vlotte stijl van Ilja Leonard Pfeijffer (1968) ging ik moeiteloos mee in de fraaie woordenstroom en boeiende reflecties op de betekenis van verhalen in ons leven. Het moment waarop de schrijver zichzelf introduceert vond ik goed uitpakken, misschien wel omdat hij hier speelt met de grens tussen zelfrelativering en narcisme. Wanneer hoofdpersoon Carmen, zelfverklaard bibliotheekmoeder en voormalig net-niet-ambassadeursvrouw, in de latere hoofdstukken echter stopt met overpeinzen en zelf op avontuur gaat, keert de stijl zich tegen het boek en blijkt het tempo te snel om enige spanningsboog op te bouwen. Het verhaal kwam, ging en werd afgetuigd met een obligaat concluderend hoofdstukje. Daarbij vroeg ik me af hoe ik dit boek gelezen zou hebben als …
De natuur creëert lichamen en het zijn verhalen die daar mensen van maken.
Ik had Monterosso mon amour beter niet kunnen uitlezen. De eerste hoofdstukken was ik volstrekt overtuigd van dit boekenweekgeschenk: meedeinend op de vlotte stijl van Ilja Leonard Pfeijffer (1968) ging ik moeiteloos mee in de fraaie woordenstroom en boeiende reflecties op de betekenis van verhalen in ons leven. Het moment waarop de schrijver zichzelf introduceert vond ik goed uitpakken, misschien wel omdat hij hier speelt met de grens tussen zelfrelativering en narcisme. Wanneer hoofdpersoon Carmen, zelfverklaard bibliotheekmoeder en voormalig net-niet-ambassadeursvrouw, in de latere hoofdstukken echter stopt met overpeinzen en zelf op avontuur gaat, keert de stijl zich tegen het boek en blijkt het tempo te snel om enige spanningsboog op te bouwen. Het verhaal kwam, ging en werd afgetuigd met een obligaat concluderend hoofdstukje. Daarbij vroeg ik me af hoe ik dit boek gelezen zou hebben als ik een vrouw was geweest: Pfeijffer maakt immers gebruik van een hoop stereotypen die hij handig wegmoffelt in de snelheid van het geheel. Zo ben ik mijn aanvankelijke enthousiasme toch weer kwijtgeraakt.
Elk uur wordt ze een uur ouder, ongeacht of ze energiek vooruitblikt of melancholisch over vroeger mijmert, en het gevolg daarvan is dat er steeds minder is om naar uit te kijken en steeds meer vroeger om te betreuren.